Wednesday, December 30, 2009

Concert gemist (1): U2, Werchter, 1982

In dit rubriekje willen we af en toe eens grasduinen in een rijk concertverleden dat jammer genoeg niet het onze is. Telkens we er iets over horen (opnames) of zien ("You Tube", DVD) hebben we een overmeesterend "shit"-gevoel van "waren we er maar bij geweest". In de veronderstelling dat er over schrijven het leed draaglijker maakt: U2 in Werchter anno 1982.
Pas de kerk uit voor onze communie en vooruitziend naar een weinig ophefmakende carriëre in de humaniora werden we door het geslacht Croes, gelokaliseerd te Blankenberge, in de zomer van 1982 gewezen op de opmars - hun tweede plaat "October" was al eventjes uit - van 4 jonge Ieren. Enkele jaren terug werden de wenkbrauwen gefronst over de Arctic Monkeys die op wererldtoer konden vertrekken zonder scheermachine maar wie nu prille U2 foto's aandachtig bestudeert merkt (al zeker bij Adam Clayton) vast ook nog restanten van jeugdbrand.
Als gemotiveerde seizoenshulp vulden we onze beperkte tijd tussen twee afwasbeurten in een taverne aan de Costa Belgica op met( verplichte) verslaggeving vanuit de Tour de France en lezen in Humo's extra Torhout/Werchter-bijlage. In het beetje fantasie dat ons toen nog restte uit onze vroegkinderlijke jaren wouden we onszelf Star Trek-gewijs diskreet laten wegflitsen van de afwasmachine naar de Brabantse weide. Hoe hard we het ook hebben geprobeerd: het is ons niet gelukt.

RIP Monza Leve MEURIS

Na Noordkaap draagt Stijn Meuris nu ook zijn tweede groepsproject Monza na 10 jaar activiteit ten grave. Drie platen, drie begeleidingsgroepen... Monza leek verre van een 'commitment for life'. Met één plaat ("Grand") en meerdere concerten heeft Monza bij ons iets onuitwisbaars aangericht. Vooral die genoemde plaat raakte ons diep en verzekert zich (voor wat het waard is natuurlijk) levenslang een plaats in onze favoriete top 20 . Teksten die de pot met gevoelens op het vuur zetten en daar eens goed gaan in roeren. Het kan van weinig anderen worden gezegd, wel van Stijn Meuris. Maar in het geval van Monza zeker niet zonder de vele fantastische muzikanten die voorbijgekomen zijn en met hem mee de muziek aanvoerden. Nu is hij van Monza los en krijgen we in maart een retrospectief album met heropgenomen Noordkaap en Monza songs en nieuw werk. Vervolgens gaat hij de baan op, te starten in de AB (1/04). Met Monza bracht Stijn al betere versies van enkele oude Noordkaap songs dus als de trend zich verder zet zal u ons over die MEURIS niet horen klagen.

Sunday, December 27, 2009

Top Gear: hits op de autoradio (1)

Geen betere plaats vinden wij om te genieten van muziek als in de wagen. De hoeksteen van onze muziekliefhebberij is dan ook onze autoradio. Vaak blijven platen of songs daarin dagenlang steken en deze rubriek is een plek om er iets over te schrijven.
De groep Lone Justice liet ons in de jaren 80 zangeres Maria McKee kennen. McKee - zelfs een door haar ingezongen versie van de gouden gids zou fantastisch klinken - schreef op haar 19e de latere wereldhit "A good heart" voor Undertone Feargal Sharkey terwijl ze voor haar eigen band in '85 "Ways to be wicked" ging halen bij Tom Petty om het als singel te gebruiken voor hun debuut. Toen net als de eerste ook de tweede plaat commercieel geen potten brak was het 'game over' voor Lone Justice. Solo lukte het McKee aanvankelijk wel met "Show me heaven" uit de "Days of thunder"-soundtrack (u weet wel: "Top Gun" op wielen) maar ondanks enkele verdienstelijke solo albums erna bleef haar succes eerder bescheiden van omvang.
Momenteel met stip in onze autoradio: "Wheels" van Lone Justice. Het nummer staat op hun tweede plaat uit 1987 ("Shelter").
De beelden van bijgevoegde clip zijn niet van al te beste kwaliteit maar de muziek compenseert dat gebrek ruimschoots. Beluisteren met de ogen dicht is aanbevelenswaardig. Alleen in de wagen doet u dat best stilstaand op de pechstrook.

Monday, December 21, 2009

2009 in de achteruitkijkspiegel!

Mochten we 2009 moeten overdoen dan stonden we zeker terug in Werchter voor Fleet Foxes, Oasis, Elbow, Arsenal, Triggerfinger, Kings of Leon en Seasick Steve, reden we met plezier opnieuw 200 km naar Pinkpop in Nederland voor Elbow en luisterden we onderweg terug naar CD’s van White Lies (idem), Kings Of Leon (Only by the night) en Elbow (Seldom seen kid). Ietsje later op het jaar kwamen daar ook nog eens Editors (In this light and on this evening) en Pearl Jam bij (Backspacer).
Papillon” (akoestisch) van Editors, “Heavy cross” van Gossip, ”Innocent” van Stereophonics, “ Rex” van Customs, "Tell me it's not over" van Starsailor en “Uprising” van Muse waren plaatjes op de radio waarbij de volumeknop een ruk naar rechts moest verdragen de voorbije maanden.
En nu we de president in onze rangen hebben ligt Europa (hopelijk) weer wat dichterbij voor nog een handvol andere Belgen zoals A Brand (Voortuit, 30/4), Customs (Vooruit, 5/11) en Daan (CC Sleidinge, 29/11). Dirk Blanchart voorspelde in februari (Kraakpand, Ha’, Gent) dat 2009 het jaar zou worden van Lize Accoe. Hij zat er één jaar naast; het wordt 2010!
Op Sportpaleis-niveau (2/11) bewees Muse dat zelfs de alles overtreffende trap binnen handbereik ligt van een rockgroep. Editors (Vorst, 7/11) lieten dan weer op hun beurt horen en zien dat ze daar niet ver meer van afzitten.
Mocht ons de tijd en de middelen gegund zijn geweest dan stonden we ook in de AB voor Grace Jones, Bloc Party en Jack Penate. Ook onvergeeflijk gemist: Oasis (Vorst), Snow Patrol en Florence & The Machine(Pukkelpop). Hadden we dit maar een jaar eerder geweten…

Friday, December 04, 2009

The Tragically Hip AB/Brussel 29/11/09

Waarom zou een mens in hemelsnaam nog The Tragically Hip moeten kennen? Het moment dat dit Canadese vijftal ‘the next big thing’ werd genoemd ligt al 17 jaar achter ons en op wat bescheiden radio aandacht na voor singels als “Courage”, “Ahead by a century”, “My music @ work” en “Bobcageon” werd de voorbije jaren nog weinig ophef gemaakt rond nieuw plaatwerk; nu ook weer niet met nummer 12 in de rij “We are the same”. Nochtans sloeg de groep (net als bij voorganger “World container”) voor dit album opnieuw de handen in mekaar met succesproducer en landgenoot Bob Rock, een man die een speelgoedblokfluit kan doen klinken als een doedelzak (zie Bon Jovi). Dankzij (of spijts) deze Meneer Rock klinken The Hip trouwens radiovriendelijker dan ooit tevoren en dat ironisch genoeg op het moment dat de groep zo goed als helemaal de vergetelheid is in geraakt. Dat er toch nog interesse in de groep is bewees een net niet volgelopen AB vorige zondag. Net als de groep – 25 jaar lief en leed samen – zijn ook hun fans duidelijk met hen vergroeid geraakt.
De avond was door de groep in twee sets verdeeld met een twintig minuten durende pauze tussenin. Een zeer ongelukkige keuze vonden we dat want tegen de tijd dat de koffie werd geserveerd waren wij net lekker opgewarmd. Met een felle start (oudje “New Orleans is sinking”) en ondanks een wat mak vervolg met nieuw werk (“Morning moon”) had de groep met “Courage” en een zinderend “Fully completely” in deel 1 al snel hun vertrouwde vormpeil te pakken. Zanger Gordon Downie had inmiddels al meer afstand op het podium afgelegd dan een Rode Duivel op een doorsnee interland en dat terwijl hij ondertussen zijn lichaam volop gebruikte om wat expressie aan de muziek toe te voegen en trucjes uithaalde met een dozijn – door een roadie naar hem toegeworpen – witte zakdoeken. In deze tijden van griepepidemieën een absoluut fout gebaar dat door de Belgische griepcommissaris Van Ranst op weinig applaus zou kunnen rekenen. In de AB trok Downie er alleen maar meer aandacht mee. De onderbreking middenin sloeg echter in als een plaspauze na het voorspel: het was erna wat moeilijk om terug in de sfeer te komen. De groep nam dan ook niet de meest evidente optie door bij de aanvang een kampvuurkwartiertje in te lassen met drie akoestische songs die naar ons gevoel te weinig het vuur aan de lont staken. Een song als “Bobcaygeon” deed dat later wel maar dan lag de weg naar de finale al helemaal open. Tijdens “My Music @ work” liep Downie, met de microfoon naar iedere concertganger in de aanslag, nog een rondje door de zaal; een gebaar dat kon rekenen op de ijver van tal van instant gsm reporters (al moet iemand ons bij gelegenheid eens komen uitleggen wat de zin is van zo’n wazig 'You Tube' filmpje). Het leidde in alle geval de aandacht wat af van een op dat moment toch wat minder secuur musicerende groep die aardig in de weer was met het (een tikkeltje routineus) afwerken van een rondje classics (“Ahead by a century” en “Springtime in Vienna”). Ook het recentere werk (“In view”) had intussen blootgelegd dat de groep nog opvallend weinig weerhaakjes bevat in vergelijking met hun wat oudere werk. Gladder is in het geval van The Tragically Hip dan ook zeker niet beter. Deze laatste stelling won nog aan kracht toen in de bissen “Grace, too” uit '94 te voorschijn kwam. Dit nummer, exemplarisch voor de doorbraak die er niet mocht komen halverwege de jaren 90 en opener van hun moeilijkste plaat “Day for night”, was het Koninginnestuk van de avond. Met dat bezwerende ritme, die aanzwellende gitaarpartij, het diepe baslaagje en de huiveringwekkende zang van Downie kwamen we in de AB pas echt dicht in de buurt van de betere duiveluitdrijving.
The Hip haalde vorige zondag lang niet het constante hoge niveau dat we – verwende jongens als we zijn - van hen intussen gewoon zijn maar in hun geval levert zelfs een half geslaagde avond gelukkig nog steeds een goed concert af.