Monday, March 28, 2016

Onze Zwaarste Vijf

Veel is onze paasrust niet waard vandaag want op StuBru gaat vanavond De Zwaarste Lijst in de ether. Een gelegenheid om ook hier eens uit te pakken met onze vijf - uit zware metalen opgetrokken - favorieten. Qua namen gaan we in de definitieve lijst niet slecht finishen, al zullen we qua songkeuze wellicht wat verschillen met de gemiddelde voorkeuren. Opvallend: onze “jongste” favoriet is intussen al bijna een kwarteeuw oud. Leeft het genre vooral bij gratie van de oudjes? Te merken aan de weerkerende klassieke namen als headliners van Graspop vrezen we een beetje van wel.
5. Megadeth – Symphony of destruction (’92)
Al sinds jaar en dag is Dave Mustaine ons favoriete ex- Metallica lid. Sterker nog: we dragen Mustaine en het dozijn huurlingen die over de jaren heen deel hebben uitgemaakt van zijn Megadeth misschien wel een warmer hart toe dan Hetfield en co. Inmiddels hebben we de rol wat gelost maar in de jaren 90 ging, in tegenstelling tot bij zijn oude broodheren, geen plaat van Megadeth onopgemerkt aan ons voorbij, deze “Countdown to extinsion” met “Symphony of destruction” op kop.
4. Saxon – Wheels of steel (’82 – versie “The eagle has landed”)
Nog met een teen of drie in ouderwetse boogie maar desalniettemin onvervalste metal. Met Biff – zit mijn spandex goed?- Byford als frontman uit de duizend teert Saxon ook vandaag nog op het rijke verleden dat zich uitstrekte over nauwelijks vijf jaar op de grens tussen de seventies en eighties.
3. Iron Maiden – Hallowed be thy name (’85 – versie “Life after death”)
Toen we de hoes van “Life after death” in handen kregen waren we meteen verkocht. Net als op Thin Lizzy’s “Live and dangerous” wordt nergens op een hoes zo smaakvol gekoketteerd met het eigen live gebeuren als bij Maiden. Metal leek immers bij uitstek het genre om in een concertzaal te degusteren. Ondanks een decennialang doodzwijgen op alle radionetten – ja, ja, zelfs StuBru – bleven de zalen geheel terecht vollopen al kan niemand ons ervan overtuigen dat ze de voorbije 20 jaar nog een plaat hebben afgeleverd die in het rijtje “Killers”, “Piece of mind” en “Number of the beast” past.
2. Queensrÿche – Operation:Mindcrime (’88)
De stelling dat metal hersenloze troep was en headbangen van je grijze massa alleen maar troep maakt werd door deze heren uit Seattle eind jaren 80 helemaal onderuit gehaald. Het maatschappijkritische “Operation: Mindcrime” – tekstueel nog altijd brandend actueel – blijft voor ons tot nader order de beste metal plaat aller tijden. Het is des te jammer dat de heren het, ondanks een drietal verdienstelijke platen, niet voor elkaar hebben gekregen zichzelf wat steviger in de annalen van het genre in te schrijven.
1. Metallica – Welcome home (sanitarium) (’86)
Het staccato gitaarriff-je dat op driekwart het nummer binnenkomt alsof het van een machinegeweer werd afgevuurd zette ons destijds aan tot een eerste keer headbangen, voorwaar toch de échte reden waarom we een lijstje als dit samenstellen. Het was ook het moment dat we onszelf plechtig beloofden, éénmaal het ouderlijke huis uit, het contact met onze kapper zouden verbreken. De essentie van Metallica, en bij uitbreiding van een genre, is terug te brengen tot die ene plaat uit 1986 “Master of puppets”.

Saturday, March 12, 2016

Kurt Vile & The Violators Handelsbeurs/Gent 9/03/16

Kurt Vile wordt vaak in verband gebracht met The War On Drugs, hij maakte er immers deel van uit voor de groep bekendheid verwierf en in omgekeerde richting was Adam Granduciel van The War On Drugs trouwens ook een tijdlang lid van Vile’s begeleidingsband The Violators. De occasionele gastbijdragen buiten beschouwing gelaten (2 jaar terug vervoegde Vile op Pukkelpop The War On Drugs voor setopener “Under the pressure”) sporen de heren al enkele jaren op een afzonderlijk pad.  Met zijn in 2013 uitgebrachte “Wakin’ on a pretty daze” schopte Vile het tot plaat van het jaar op de redactie van Humo. Niet dat een mens daarmee een brood meer kan kopen maar onze aandacht was wel gewekt. Vile zingt alsof hij in een constante Valium-roes zit en doet dat op een bedje van erg verslavende Americana. Op zijn meest recente plaat “Believe I’m going down” resulteerde dat in een perfecte blend op singel “Pretty pimpin” die hem bracht naar waar hij veel hoort te zijn: op de radio. Na de AB in de herfst van vorig jaar was het woensdag de beurt aan een lang op voorhand uitverkochte Handelsbeurs.
Het concert kende een perfecte start met 3 songs uit Vile’s laatste plaat: het gezapig  door-rockende “Dust bunnies”, Vile met de banjo in  “I’m an outlaw” en een door de Handelsbeurs enthousiast onthaald en verrassend vroeg prijsgegeven “Pretty pimpin’ “.  Het weidse volle geluid waarin de heerlijk solerende gitaren van Vile domineerden nam ons mee langs lange highways waar wij gegarandeerd aan onze afrit zouden voorbijrijden en het stof metershoog achter ons de lucht zou instuiven. Dat elan hield Vile, tussen de nummers haast onverstaanbaar wauwelend en af en toe – we gokken – een geut William Lawson naar binnen werkende, goed vast tot aan “Goldtone” om dan te midden van het concert wat gas terug te nemen en een dubbeltje solo en akoestisch in te voegen. Ondanks de geweldige gitaaartechniek die Vile tentoonspreidde ging onze aandacht toch wat verslappen bij “Runner ups” en “Stand inside” om echter helemaal terug bij de les te worden genomen op het moment dat  een wederom  zinderend door alle Violators mee ingekleurd “On tour” de set werd binnengeschoven, “het zoveelste hoogtepunt van de avond” schreven we in ons ingebeeld notitieboekje. Vile had op dat moment zelfs nog twee kleppers achter de hand uit die door Humo zo bejubelede plaat : “KV crimes” en “Wakin’ on a pretty day”. Vile klaagde dat het hun out of tune moment was maar daar leken de zaal en onszelf, volop genietend, weinig last van te hebben gehad. “Freak station” (bol van de gitaareffecten) en het alweer op een zalvende gitaarriff drijvende “Wild imagination” sloten de set af. Slechts kort en zonder Violators keerde Vile nog éénmaal terug voor een knap “Peeping tomboy”. Achter een gordijn van lange haren merkten we een halve glimlach en met wat gewuif verdween Vile de coulissen in, het laatste restantje William Lawson mee in de hand.
Met mate blijven degusteren dat goedje Kurt, want ook het Brugse Cactus en Luikse Ardentes hebben de komende zomer recht op een even goed, om niet te zeggen steengoed, concert zoals dat van afgelopen week. Wat op de plaat en op het eerste gehoor  nogal lo-fi overkomt ontpopt zich live immers tot een begeesterende pot lekkere Americana. Deze Vile telt er met ons  vanaf nu een trouwe volgeling bij.

Deze blogpost met fotoverslag is ook verschenen op http://www.keysandchords.com/kurt-vile-bull-9-maart-2016-bull-handelsbeurs-gent.html

Wednesday, March 02, 2016

40 jaar The Kids Democrazy @ De Centrale/Gent 27/02/16

Het episch centrum van de punkbeweging lag 40 jaar geleden in Londen maar deinde uit tot ver daarbuiten. Ook in Antwerpen, waar in de 2e helft van de jaren ’70 de jonge Ludo Mariman nog niet meteen een definitieve koers had uitgezet voor zijn leven, waren de punkgolven voelbaar. Voor Mariman ging het eenmaal de gitaar omgordt, een trio geformeerd en met een debuutplaat onder de arm vlot van de Antwerpse dokken waar hij werkzaam was naar alle podia hier ten lande. Tot op vandaag is die legendarische debuutplaat van The Kids in punkmiddens wereldwijd nog steeds erg gegeerd. Ook al was de groep aan hun split in 1985 geëvolueerd naar een klassieke 4-mans rockgroep (mét blazerssectie!) toch lijkt Mariman sinds hun herstart 10 jaar later vooral de beginjaren met onstuimige en snedige punksongs te koesteren. Op “There will be no next time” na blijft van de latere Kids voor hem, zelf ook enkele jaren als een soort Vlaamse John Hiatt solo actief geweest, blijkbaar niets waardevols genoeg over om te preserveren voor het nageslacht. Ook de huidige jubileum toer opgehangen aan “40 jaar The Kids” is in hoofdzaak een flashback naar het prille begin.
In de Centrale werden The Kids voorafgegaan door Black Tolex. De groep kwam vorig jaar op de proppen met het uitstekende “Cayo”, een plaat met het soort opwindende blues-rock die normaliter uit dieperliggende Amerikaanse staten komt aangewaaid maar ditmaal geheel uit Anzegem. Om wellicht ook ruimte te geven aan het actuele solosucces van zanger Milo Meskens – hij eerde in De Centrale The Kids als motivatie om zelf muziek te gaan spelen – wordt de groep na een laatste concert medio april eventjes on hold gezet. Na hun setje zaterdag kunnen we al dagenlang onze spijt daarover nauwelijks verbijten. Ook dat we dit beloftevolle viertal, met Meskens oustanding op gitaar, pas nu ontdekken is, toegegeven, een smet op onze reputatie.
Daartegenover staat wél, om ons blazoen terug een beetje op te poetsen, dat we de betere ouderen zoals The Kids op gepaste wijze blijven eer betuigen. Er werd in de Centrale van bij de start niet op een decibel minder of meer gekeken toen “No work” noest de niet volgelopen zaal werd in geslingerd. Mariman merkte dat laatste overigens meteen droogjes op om er schijnbaar geprikkeld “Tonight” meteen achter aan te gooien. Voor het inzetten van de pogo werd aarzelend gereageerd al lag dat niet aan het venijn waarmee “Money is all I need”, “For the fret” en “Bloody Belgium” (alle drie uit dat fameuze debuut) werden gebracht. Trouwens, zo konden we snel vaststellen, vergaat het deze songs in hun huidige live-versies een pak beter dan destijds op de krakkemikkig geproduceerde platen. Op het half uur dropten The Kids hun “There will be no next time”, nog steeds een Belpop klassieker die het had verdiend van langs grote arena’s te mogen worden rondgedragen maar het in Gent moest stellen met amper 200 paar handen in de lucht. Als door een horde paarden achternagezeten joegen Mariman en co. er 23 songs door in nauwelijks 60 minuten. Voor de bindteksten volstond, om de voortgang van de dingen niet al te veel af te remmen, het beproefde “1-2-3-4!” adagium. Vuisten gingen alsmaar hoger de lucht in en vooraan het podium werd het alsmaar woeliger toen “Fascist cops”, “Razor blade for sale” en “This is rock’n’roll” de set kwamen binnengerold. Perfect op temperatuur gebracht dachten we, om uit volle borst onze afkeer voor foute uniformen mee te zingen in set afsluiter “Do you love the nazi’s?”. Op dat moment klopte het concert af op nauwelijks 45 minuten. Met dubbele bis “If the kids are united” (Sham 69) en “White Riot” (The Clash) en een wat ironisch “Jullie waren fantastisch, maar wij waren ook niet slecht” van Mariman zat het verjaardagsfeestje in Gent erop.
Dat niet wij maar thuishaven Antwerpen er enkele dagen voordien wél een tweede bisbeurt aan toegevoegd kreeg maakte ons punk-gewijs wel wat ontstemd maar voor het overige zien we geen enkele reden waarom deze Kids niet nog eens 40 jaar zouden kunnen doorgaan.