Wednesday, February 24, 2010

The Australian Pink Floyd Show Vorst (club)/Brussel 22/02/10

Bijster origineel kan je het niet noemen maar de wereld trachten te overtuigen dat je de meest waarheidsgetrouwe copie bent van de echte Pink Floyd, een rockgroep op rust, is toch een bewonderenswaardige uitdaging. In het geval van The Australian Pink Floyd Show (APFS) heeft het legertje fans al lang het niveau van een gemiddelde covergroep overschreden. Zelfs het dragen van een APFS-shirt getuigt tegenwoordig van goede smaak. De heren doen immers hun ding zo goed dat ze, na de Antwerpse Elisabethzaal amper een jaar geleden, nu moeiteloos Vorst-Nationaal half gevuld krijgen. Om de schaalvergroting in getallen uit te drukken: van 2000 naar 5000 toeschouwers. Als deze trend zich doorzet vullen ze tegen 2012 het Antwerpse Sportpaleis. En we hebben het hier nog altijd over een covergroep.
Waar vorig jaar de avond werd gevuld door een integrale uitvoering van “The Wall” werd volgens de aankondiging in de pers ditmaal, onder de noemer “Big Pink”, uitsluitend werk beloofd uit 4 klassieke albums met name “Dark side of the moon”, “Wish you were here”, “Animals” en (opnieuw) “The Wall”. Getrouw aan die volgorde werd de avond alvast ingezet met “Breathe”, “On the run”, “Great gig in the sky” en “Time” die, helemaal naar onze zin , perfect op smaak waren gebracht door dit stelletje Australiërs. Voor nummer twee in de rij – de chronologie werd netjes gerespecteerd (van 1973 naar ’75) – viel de keuze op het 13 minuten durende “Shine on your crazy diamond” en “Welcome to the machine”. Die laatste heeft in een lange rij van klassiekers misschien nog het minst van allemaal de tand des tijds doorstaan en in de eerste werden we wat onwennig bij het aanhoren van enkele gitaarpartijen. Was het de prut in onze oren of hoorden we daar daadwerkelijk wat ontstemde gitaren in de aanvangspassage? In een spelletje ‘zoek de zeven verschillen’ telden we er hier toch al twee. Nummer drie van dat spelletje hoorden we even verderop: de weinig overtuigende zangpartijen van Ian Cattell in het materiaal van “Animals” al kon het lange “Dogs” ons nog wel bekoren. Hoog tijd dus voor een pauze en een ‘Michel Preud’homme-donderpreek’ in de kleedkamers. Dat zoiets (niet altijd maar toch hier) efficiënt kan werken bewezen “Learning to fly” en “High hopes” in het openingskwartier van deel twee. Dichter bij twee gelijke druppels plat water kan je niet komen. Vreemd genoeg waren dit twee songs uit latere en minder bejubelde Floyd albums waarvan op het menu vooraf geen sprake was. Van de geafficheerde 4 klassiekers werd dus afgeweken. Wij hadden er alvast geen erg in. Het concert viel vanaf dan in zijn perfecte plooi: geen dissonante passages meer, de vele prachtige visuals boordevol verwijzingen naar Australië, een batterij licht waar Electrabel gouden zaken mee zal gedaan hebben (opgehangen aan de half ronde boog zoals op de P.U.L.S.E. dvd), van tijd tot tijd een bundel laserstralen en een ijzingwekkende solo haast in iedere song plichtsgetrouw aanwezig. “Comfortably numb” , “Us and them” en het met een gastoptreden van een reusachtig varken opgesmukte versie van “One of these days” vormden voor ons de hoogtepunten van een beter gesmaakt tweede deel. Werk van “The Wall” vormde het sluitstuk van ruim twee en een half uur Pink Floyd muziek op de plaats waar ze het best tot zijn recht komt: in een concertzaal als Vorst-Nationaal. Niemand die er bij het buiten gaan om sakkerde dat het niet de echte Gilmour of Waters waren die binnenin de dienst hadden uitgemaakt.

No comments: