We slaan nauwelijks een jaartje over als het over de
10-daagse in Lokeren gaat. Voor deze 40e editie pakte de organisatie
wederom uit met een aantal verrassende boekingen waarvan gisteren voor ons de
hoogste concentratie lag. Voormalig Smiths gitarist Johnny Marr gecombineerd
met Miles Kane en het inlandse duo Triggerfinger /The Sore Losers was een “offer
we couldn’t refuse”.
The Sore Losers hebben, nog maar halfweg de zomer, al
ettelijke festivalkilometers op hun teller staan. Geen wonder dus dat het
viertal op het podium verscheen met zelfvertrouwen gelijk aan dat van Nibali
middenin dit jaars Tour de France. Opener zijn in Lokeren is niet altijd een
zegen – het plein is leeg of halfvol en meer dan beleefd luisteren zit er vaak
niet in - maar dit varkentje gingen ze wel eens wassen. Met hun openingstrio –
héél slim aan elkaar gespeeld én met 2 radiohits erbij – grepen de heren Lokeren
stevig bij het nekvel. Cedric Maes ging weer heerlijk over de gitaararm, zanger
Jan Straetemans was andermaal perfect bij stem en de ritmesectie legde het
soort ‘fond’ waar normaal 3 Lokerse paardenworsten voor nodig zijn. Op amper 45
minuten was hun statement gemaakt: Limburgers rocken dit jaar het best. Niet
makkelijk voor een Oost-Vlaming om dit toe te geven maar een goed bevolkte Kaai
had daar duidelijk geen gêne om gisterenavond.
Na jaren zich in dienst te hebben gesteld voor anderen (The
The, The Cribs, Modest Mouse) is Johnny Marr, ex-Smiths, eindelijk ook gaan beseffen dat een bestaan als soloartiest best
wel te rechtvaardigen is voor hem. Dat Marr, met het meedragen van het Smiths
erfgoed, ook een sterk merk is in het live-circuit bewees hij vorig jaar al op
Pukkelpop. Met het oog op een release van een tweede soloalbum binnenkort kreeg
Lokeren hem gisteren op bezoek. Opener “Upstarts” was het offer om tot een
goede geluidsbalans te komen maar met een snel ingevoegde Smiths song (“Panic”)
voelde je de magie in Lokeren met de seconde toenemen. Het stemtimbre van Marr
verschilt wel wat van Morrissey maar dat
belette niet dat “Stop me if you think you’ve heard this one before” en een
intens mooi “Please please let me get what I want” voor het volle pond
overtuigden. Uit zijn solo werk onthouden we vooral een knap “Generate!
Generate!”. De glasheldere gitaren van Marr en zijn rechterhand waren al die
tijd een lust voor het oor. Met een indrukwekkend “How soon is now?” en een
door de Kaai als ware klassieker onthaald “There’s a light” tekende Marr voor
hét hoogtepunt van deze avond en bij uitbreiding van ons concertjaar tot dusver.
Zelfs wij konden worden betrapt op de paradox: meeklappen op wat in wezen een
intriest nummer is (“There’s a light”).
Stijn Van de Voorde kondigde Miles Kane, na de levende
legende die Marr toch is, aan als een legende in wording. Dat leek ons er wat over
maar het moet gezegd: Kane smeet zich in zijn concert als was België opnieuw de
te verdedigen natie tegen een Duitse inval maar dan exact 100 jaar later.
Opener “Inhaler” was het betere oplawaai maar de Kaai aarzelde lang om in deze
Britrock trip mee te gaan. Ook “Better than that” oogstte niet meer dan wat
beleefdheidsapplaus. Bij een furieus “You’re gonna get it” (met een stukje
QOTSA) voelden we de kentering komen maar voor échte tekenen van Kanemania was
het toch wachten tot in het slot: “Don’t forget who you are”, “Rearrange” en uitsmijter
“Come closer”, een nummer waar we zelfs comateuze patiënten bij zouden zien
ontwaken.
Afsluiters Triggerfinger hadden wat ons betreft eigenlijk
niets meer te bewijzen in Lokeren, alleen maar te bevestigen of te verrassen. Het
werd het eerste. Block gromde weer als een beer in bronstijd, Monsieur Paul is
een kathedraal van een bassist en Mario Goossens is de inbegrepen drumclinic
van ieder Triggerfinger concert. In vergelijking met de Werchter set kreeg
Lokeren een handvol bonustracks maar het waren dezelfde hoogtepunten die het
hem deden: “By absence of the sun”, “Camaro”, “Perfect match” (waarom horen wij
daar altijd Prince in…) en “Let it ride”.
Voor het overige is de ruggengraat van de set, al zeker voor het publiek om
overstag te gaan, nog steeds dezelfde als de voorbije jaren: “All this dancing
around again” (met langgerekt intermezzo), een nu lichtjes hertimmerd “I follow
rivers” (met ja toch, een verrassend stukje Falco erin gestopt) en “Is it”. We
gaan dit hard werkende trio de komende jaargang(en) een beetje moeten mijden
want er loert wat gewenning om de hoek.
Mochten er nog twijfels zijn: Johnny Marr was koning in Lokeren,
al hoefde niemand van de affichegenoten gisteren met het schaamrood op de
wangen terug de tourbus in!
No comments:
Post a Comment