Met het zopas uitbrengen van een verzamelplaat - met
voorvoegsel “More” sluit die trouwens mooi aan op zijn eerste solo compilatie
“Modern Classics” uit 1998 - trakteert Paul Weller zich dit jaar
klaarblijkelijk op een creatieve pauze. Gelukkig is het ook voor hem (en ons!)
nog eens een excuus om de baan op te gaan. Om de Misses thuis te blijven
behagen moet hij het alvast niet laten want die heeft – te zien aan intensieve
Twitter activiteit – haar stek in de Weller tourkaravaan intussen goed opgeëist.
Weller doet in de aanloop naar enkele Britse openluchtshows (in bossen) en een
prestigieuze slot op het Schotse T in The Park momenteel eerst Europese zalen
aan. Via Duitsland en Nederland ging het gisteren naar de Brusselse AB. In
tegenstelling tot voorgaande afspraken in dezelfde zaal misten we het bordje
‘uitverkocht’ aan de voordeur, al zal het in de telling daarvoor op enkelingen zijn aangekomen.
De avond werd ingeleid door Gramotones, een jonge band uit
Manchester met een zanger die kon doorgaan voor de kleinzoon van Pete Townshend
en zonder twijfel aan Weller een grote inspiratiebron heeft. Hun setje was kort
maar gebald en legde een strak bedje van gitaren, bas en drums in de AB neer waar
U ook Arctic Monkeys zou kunnen op aantreffen. The next big thing hebben we er niet meteen in gehoord maar ze
verdienden meer dan een traag vollopende zaal om hun kunnen aan te demonstreren.
Ook: groepen die rijmen op Ramones zijn d’office in de gaten te houden vinden
wij (of niet soms @PVandebrande?).
Met een slot uur dat voor treinreizigers naar de AB vastligt
op half elf trappen concerten er tegenwoordig zalig vroeg af. Kwart voor negen
scherp trok Weller de boel op gang met een heftig “From the floorboards up” om
in het openingskwartier te blijven hangen bij werk van jongere datum met par excellence dat uit het fel geprezen “Wake
up the nation” van vier jaar geleden. Weller oogde, 2 weken terug 56 geworden,
erg fris en sprak vroeg zijn genoegen uit over de warme ontvangst die hem in de
AB te beurt viel. De ‘fire and skill’ waar
s ’mans ganse loopbaan op is gevestigd lijkt ook in zijn 5e actieve
decennium nog lang niet uitgedoofd. Met een wat zwak ingezet “Sea spray”, dat
naar het einde toe toch mooi open bloeide dankzij samenzang onder de bandleden
en handgeklap vanuit het publiek, hield het concert erna voor het eerst halt in
Weller ’s rijke verleden. Een werkelijk fantastisch “My ever changing moods” (voor
de statistieken: The Style Council, 1984) wekte een gelukzalige roes van
nostalgie op zonder dat het nummer 30 jaar na datum belegen klonk, wel in
tegendeel. De uitmuntende begeleidingsband tilde het nummer op tot naast de
originele versie. Weinig performers weten beter dan Weller dat een concert
vaart moet houden en pauzes niet dienen voor lang gepreek. Amper één ademhap verder
zaten we in een lang en door prima solo’s van Weller en zijn vaste linkerhand
Steve Craddock opgesmukt “Foot of the mountain”. Onze glimlach strekte zich uit
tot achter de oren want daarmee zagen we onze nummer 3 van onze ‘Album 5 aller
tijden’ (zie eerdere blogpost) in dit concert op uitmuntende wijze
vertegenwoordigd. En er zaten nog meer verrassingen aan te komen. “Going places”
uit het haast vergeten “Illumination”, een werkelijk schitterend “Above the
clouds” dat de geest van de betreurde Marvin Gaye wist op te roepen en een
beresterk “Peacock suit” waren sinds lang terug nog eens van de partij, zij aan
zij met recenter materiaal dat in concertverpakking zich superieur maakte aan
de plaatversies (“The Attic”, “7 & 3 is the strikers name”). Enkele hits
bleven voor occasionele concertbezoekers wellicht wat ontgoochelend in de kast
maar de vaste aanhang werd op zijn wenken bediend. Na eerder “Tales from the
Riverbank” te hebben opgediept sloot de set op ijle berghoogte af met het 2e
Jam moment van de avond “Start!”. Ook in de bissen was de voorspelbaarheid even
groot als bij de huidige regeringsformaties: minder voor de hand liggend werk
maar live daarom niet minder boeiend (“Wild blue yonder”, “Whirlpool’s end”)
dreef heem uiteindelijk toch in de richting van “The changing man” met een
extatische AB tot gevolg.
Over welke ‘Modern Classics’ hij nu wel of niet had moeten
bovenhalen in de AB viel gisteren lang na te discussiëren, maar de kans dat een
Weller fan na een concert als dit teleurgesteld is teruggekeerd moet quasi even groot
zijn als een midweeks spitsuur zonder file op de Brusselse ring.Maart 1994 hierboven, ruim 20 jaar later hieronder (met dank aan @PVandenbrande)
No comments:
Post a Comment