Coldplay was afgelopen week in het land en dat zal u,
comapatiënten jammerlijk uitgezonderd, geweten hebben. Op de radio was het een
stortvloed van hun (jammer genoeg vaak dezelfde) hits, kranten deden een poging
het succes te ontrafelen en iedere smartphone in een straal van een kilometer rond
het Koning Boudewijnstadion deelde beelden en filmpjes op sociale media alsof
het wereldrecord liken was uitgeschreven.
De Britse groep liet in Brussel in 2 avonden maar liefst 100000 Belgen
deelgenoot worden van hun “A head full of dreams”-toer, concerten die zich een
half jaar geleden al in luttele uren van het bordje “uitverkocht” verzekerden. Het
is weinig bands gegeven om artistiek verantwoord te blijven in de sprong naar de
status van stadiongroep. Velen hebben het geprobeerd maar faalden nog voor de
poorten van zo’n Boudewijnstadion openzwaaiden. Coldplay past zeker niet in dit
rijtje, dat hadden ze al afdoende bewezen op hun laatste Werchter passage, nu
al zes jaar geleden. Goed dat we dat al wisten, zo konden we ons afgelopen
donderdag ten volle concentreren op het feest dat ons zou worden voorgeschoteld.
Een beetje tegen onze ethiek in maar met het legitieme
excuus van een vermoeiende verplaatsing naar Brussel na een al even vermoeiende
werkdag lieten we beide voorziene voorprogramma’s aan ons voorbijgaan. Een
terras op de Houba De Strooperlaan leek ons een betere optie. Voor de vlotte
doorstroming aan de ingangen van het stadion verdient organisator Live Nation
in dit verslag zeker een compliment. Als het goed is zeggen we het ook. Bijna
een half uur later dan de opgegeven timing was het Maria Callas en een
speechende Charlie Chaplin die het pad effenden voor “A head full of dreams”.
Op het fraai vormgegeven podium – geen dakconstructie, een kleurrijk
bloemengordijn achteraan en 3 schermen over de lengte verspreid – hadden we ons
dan al een tijdje gek gestaard. Wachtende op de invallende duisternis konden
“Yellow”, “The Scientist” en erg sterk “God put a smile upon your face” louter
op hun muzikale merites worden beoordeeld en dat was niet minder dan
uitstekend. Martin - beetje vermoeid toch? - zocht af en toe eens naar de
juiste toon maar hield ondanks exhaustieve looplijnen goed stand. Ook het
opvallend weinig op de radio geplugde “Violet hill” paste perfect in het rijtje
“oudjes” waarmee de groep nogal nadrukkelijk van start ging. Ogen en oren werden
alsmaar meer geprikkeld naarmate de ingenieuze lichtshow (met de polsbandjes)
zijn werk begon te doen en “Clocks” maar vooral “Charlie Brown” het stadion
naar een collectief hoogtepunt leidde. Net voordien zat een eerste van twee intermezzo’s
die de groep vanop kleine podia dichter tegen de tribunes afwerkte. Wellicht
niet toevallig dat daarin meer kleiner gehouden songs zaten verwerkt (“Magic”,
“In my place”) – die intimiteit weet u wel – dan het op uitbundigheid mikkende
“Adventure of a lifetime” en de nieuwe maar wéér verdomd lekker in het oor
wurmende singel “Something just like this”. De test “In hoeverre is deze
stadion-show volautomatisch of niet?” doorstond de groep met verve op het
moment dat “Charlie Brown” door Martin foutief werd ingezet en diende te worden
herbegonnen. Op dit niveau ongezien. Ook dat Martin lichtjes beschaamd meteen
vroeg dit niet op You Tube te posten was best wel grappig. Maar laat er echter
geen twijfel over bestaan: een groots popspektakel als dit met confettikanonnen
en vuurwerk heeft wel degelijk een goed gedetailleerd draaiboek. Maar nergens leek
het in Brussel alsof de groep hierdoor aan spontaniteit moet inboeten. Fans van
het eerste uur konden in het tweede mini-setje hun hart ophalen met “Don’t
panic”, voorafgegaan door Martin die het verhaal van collega Will Champion bracht die zich
bij de start van de band tot achter de drumkit heeft gebluft. Ook hier weer
geen spoor van een ingestudeerd nummertje. Met “A sky full of stars” – U zoekt
het midden tussen Werchter en Tomorrowland? Dit is het! - en een Boudewijnstadion nog eens vol flikkerende
polsbandjes voelde je dat het concert naar zijn einde ging, restte alleen nog
het lieflijke “Up&Up” dat naar onze normen wat braafjes het licht mocht
uitdoen.
2 uren lang belijden hoe mooi het leven wel kan zijn. Bij
gebrek aan een frisse jonge dorpspastoor die dit naar onze parochie wil brengen
en een kerk die hierin geen rol meer te vervullen heeft zal Coldplay nog lang voor
volle stadions kunnen aantreden. De zelfhulpgroep voor ontevreden Coldplay
concertgangers mag bij deze zijn eerstvolgende bijeenkomst, ook voor ons, weer
voor jaren uitstellen.
No comments:
Post a Comment