Eén van de meest opmerkelijke comebacks van de voorbije jaren mag op naam worden geschreven van Grace Jones. Lichtjes ten onder gegaan aan middelmatig platenmateriaal eind jaren 80 en geplaagd door tal van schandalen in het daaropvolgende decennium gaf tot voor enkele jaren niemand nog een stuiver om de Jamaïcaanse. In 2008 keerde echter het tij. Een nieuwe plaat “Hurricane” – ze had nochtans het voornemen er geen meer te maken… - werd enthousiast ontvangen en de inmiddels zestigjarige (ex-)diva haalde in één jaar tijd drie keer op rij uitstekende recensies voor concerten op respectievelijk de Lokerse Feesten (hulde aan hen want zij waren eerst), de Brusselse AB en Rock Werchter. Het toeren met die nieuwe plaat geraakt schijnbaar maar niet aan zijn verzadigingspunt want ook een behoorlijk gevulde Lotto-arena liet zich andermaal de komst van Grace welgevallen.
Met een concert dat om 20 uur geafficheerd stond en pas anderhalf uur later uit de startblokken schoot deed La Jones haar reputatie van laatkomer (zie ook Werchter) alle eer aan. Haar intrede in de Lotto Arena – Jones in een zilverkleurige boerka tijdens “This is life” - lokte alvast genoeg nieuwsgierigheid uit om het lange wachten snel te doen vergeten. Het openingsnummer was zoals vaak het offer voor een juiste klankbalans die gelukkig tegen opvolger “William’s blood” al een stuk beter in evenwicht was. Het voortreffelijk stel muzikanten dat met Grace naar Antwerpen was meegekomen - maar genoegen moest nemen met (“alles voor de show”) een plaats in de schaduw van hun werkgeefster - kwam klanktechnisch aldus behoorlijk tot zijn recht. Ook de reggea feel van oudje “Private life” hadden ze perfect onder de knie. Opvallend was hoe dat recente werk naadloos aansloot op de oude klassiekers die bijna dertig jaar na hun hitnotering nauwelijks aan zeggingskracht hebben verloren. Zo vonden we het eerder vermelde ”Private life” en het door de aanwezige gay-scene als hymne onthaalde “La vie en rose” allesbehalve aftandse oudjes naast het pittige “Devil in my life” en het zwoele “Love you to life”. Voor het betere heupengezwaai zorgde “My Jamaican guy”; het nummer kreeg een geweldige groove mee die aangaf dat de adoratie voor onze Jamaïcaanse vriend duidelijk verder ging dan zijn talent in het kleurenwiezen. Inmiddels waren we al enkele kostuumwissels ver gevorderd in het spektakel dat ook een Grace Jones concert ontegensprekelijk is: ze (ver)stopt zich eerst in een boerka van waaronder snel een zebra pak (met witte manen!) tevoorschijn komt om even later in een zwart-rood duivelskostuum met tentakels (“mijn kruis zit niet al te goed”) krols over het podium te dartelen. Ook smaakvol vonden wij het glitter pofbroekje tot aan de schouders (met laserstralen op het hoedje!) en Jones als een gigantisch rozenblad. Toen ze in deze laatste creatie voorkant voor achterkant verruilde – we voelden het minutenlang aankomen… - kregen we de billen en benen in volle glorie. Deze intensieve verkleedpartijen hadden echter ook een prijs: het concert verloor telkenmale vaart wat de sfeer in de Lotto Arena niet bepaald ten goede kwam. Het feit dat Jones tijdens deze kostuumwissels vanuit de backstage hoorbaar bleef was niet echt voldoende om dit euvel tegen te gaan. Jones was nochtans méér dan één keer “tongue in cheek” over haar eigen opgevoerde show. De vele plagerijtjes naar de lichtmannen toe, de wat nonchalante bindteksten, het lichtjes opruiende taaltje als drugs ter sprake kwamen… Wie dit ernstig nam werd naar ons gevoel lelijk bij de neus genomen.
Voor bis “Pull up to the bumper” werd nog een confetti-machine in gang gezet en verraste Jones met “free hugs” voor drie concertgangers van de eerste rij. “Slave to the rhythm” was mede dankzij de voortreffelijke drumpartij een funky afsluiter.
Alhoewel Jones zich misschien enkele keren te veel heeft verslikt in het eigen showgehalte bleef dit een degelijke avond die we weinig 62-jarigen uit onze naaste omgeving zien na te doen.
No comments:
Post a Comment