Ook al ruikt het in Lokeren met namen als Alice Cooper, Mötley Crüe, Cranberries, Sisters of Mercy, Human League en Therapy? dezer dagen toch een tikkeltje meer dan andere jaren naar vergane glorie, op de verhouding prijs/kwaliteit blijven zij wel het onmogelijk te kloppen zomerfestival van de Lage Landen. Dag 2 kleurde, op een rondje eighties synthesizer pop met The Human League na, geheel Belgisch met Filip Kowlier, Admiral Freebee en Arsenal. Vooral voor deze laatsten hadden we het 15€ toegangsgeld veil om eens te zien en te horen hoe het duo Willemyns en Roan het tegenwoordig stellen tussen twee winterslaapjes door. In 2011 mogen we een opvolger verwachten voor het uitstekende “Lotuk” dat al ruim 2 jaar geleden werd uitgebracht. In Lokeren liet de groep alvast niet in zijn kaarten kijken voor wat de toekomst van Arsenal brengt want niet één nieuw nummer kreeg het goed gevulde plein voorgeschoteld. Het werd dus een rondje publieksfavorieten die zeker naar het einde toe op alsmaar meer enthousiasme werden onthaald. Ondanks dat er in het openingskwartier aardig diende te worden gesleuteld aan het geluid – een euvel dat de ganse avond eigenlijk wat overschaduwde (het was met iedereen wel wat op dit punt) – was het nauwelijks merkbaar dat hier een groep stond die al bijna een jaar lang in pauze is. Gentenaar John Roan en zangeres Leonie Geysel – if looks could kill waren wij er aan – verschenen in Lokeren met een gelukzalige glimlach die deed vermoeden dat ze beiden lang hebben uitgekeken naar dit eenmalige concert. Toen ze beiden in de bissen op de rand van het podium een mooi “Either” brachten, enkel ondersteund met een zacht gitaartje van Bruno Fevery, hurkten ze zo dicht bij elkaar aan dat hun toekomstige studiotijd samen wel eens wat meer zou kunnen opleveren dan een nieuwe plaat. Daarvoor had het duo, samen met een hecht spelende band, al een reeks hoogtepunten neergezet die nog maar eens dik in de verf hebben gezet wat voor een unieke band Arsenal wel is. Waar hun landgenoten Kowlier en “den Admiraal” niet verder komen dan wat lovenswaardig maar weinig origineel knip en jatwerk is Arsenal de groep die vooral live boven zichzelf uitstijgt met het versmelten van wereld(se)muziek en rock. Niet verwonderlijk dus dat Lokeren smulde van hapklare brokken als “Saudade”, “Buy in late”, “Personne ne bouge!” en een (weer) geweldig “Longee”. Hoogtepunt “Lotuk” werd na de toegestane speeltijd en ruim over de klok van tweeën s’nachts zelfs nog eens hernomen voor een publiek dat maar niet aan zijn verzadigingspunt geraakte.
Filip Kowlier had vroeg op de avond hetzelfde gedaan met zijn “Mo ba nin”, toen leek het eerder op een wanhopige poging om toch nog wat schwung te krijgen in een toestromende menigte die meer oog had voor de lange wachtrij aan de drankbonnen dan voor wat er zich op het podium afspeelde. Zijn mix van gezapige reggae en huppelende ska deed het een weekje eerder beduidend beter op de Gentse feesten. Hoe sympathiek en charmant we deze Kowlier en zijn “Otoradio” ook vinden, Lokeren voelde vorige zaterdag niet bepaald aan als Jamaïca bij de Durme.
Admiral Freebee, die tegenwoordig ook de diensten van Kowlier (op de bas) inhuurt, zit voor ons al een tijdje in de hoek met een twijfelachtige live reputatie. Hoe hard we het ook wilden (alle vier zijn platen dragen wij op handen), in Lokeren lukte het weeral niet. In het openingskwartier deed het ons pijn te moeten horen dat fijne singels als “Always on the run” en “Last song about you” zo rommelig in elkaar werden gestoken. Aan de pas gerekruteerde nieuwe gitarist was ook snel hoorbaar dat die met onvoldoende repetitietijd aan de start was verschenen. Tom Van Laere mag dan wel een begenadigd songsmid zijn, voor ons is het een volslagen raadsel waarom hij live telkenmale zijn eigen nummers torpedeert door het op een brullen te zetten. Gelukkig bleef dit irritant trekje achterwege voor een magistraal “Look at what love has done” waarmee de meubelen nog enigszins konden worden gered. Ook “Lucky one” en “Ever present” rekenen we tot de betere van de avond. Nee, deze admiraal was aan het einde geen eresaluut waardig.
Met The Human League haalde Lokeren herinneringen op aan begin jaren tachtig. Dat “Dare” een monument is binnen het synthpop genre staat buiten discussie maar het valt te betwijfelen of ze met de schaamteloze vertoning van afgelopen zaterdag die eer kunnen blijven hoog houden. Phil Oakey, door de jaren nauwelijks ouder geworden, had ruim drie kwart set nodig om er vocaal wat door te komen (godzij dank voor bis “Being boiled”) en ook de knoppendraaiers achter hem leken meer podiumvulling te zijn dan echte muzikanten. Het is onze stelligste overtuiging dat de man links achteraan tijdens het concert zijn ganse mailbox heeft opgekuist. Toen “The Lebanon” (of de tape ervan) werd ingezet konden we onze lachspieren nauwelijks nog bedwingen. De gitarist (!!!) van dienst kwam met spreidstand op de rand van het podium eens demonstreren hoe het moest. Met de zangeressen hadden we dan weer medelijden. Dat we onze jeugdliefde van weleer, Joanne Catherall, op haar gezegende leeftijd nog het podium zien opgeduwd worden in babydoll was er voor ons te veel aan. Ermee ophouden is soms heldhaftiger dan doorgaan.
No comments:
Post a Comment