Om in de sfeer van de hoofdact te komen was DJ Kika Demange
(van de Brusselse Radio Campus) ingehuurd die 5 kwartier lang een duik mocht
nemen in haar collectie met als zoektermen “vrouw”, “donker” en “post-punk”. In
luttele ogenblikken werd, gelukkig voor haar toch onder een bescheiden
applausje, net voor negen uur haar draaitafel van het podium gerold en verscheen
Calvi slechts geflankeerd door een (uitstekende) drummer en één toetseniste/percussioniste.
Calvi is het soort performer dat aan ‘er staan’ genoeg heeft
om de aandacht te trekken. Stijlvol in zwarte pantalon, rode blouse, dito
lippenstift en met scherpe blik tuurde Calvi de zaal in. Het zinnenprikkelende “Hunter”
leidde de ceremonie in maar ook het slepende “Swimming pool” verraadde dat er op
de laatste plaat begeerte in het spel is. Calvi beperkte zich tot enkele sobere
thank you’s maar was voor het overige
één en al non-verbale expressie wanneer ze de rand van het podium afstapte. Beetje
zoals één van haar bewonderaars (de genaamde Nick Cave) dat ook doet, schijnbaar
als een roofdier op zoek naar zijn prooi. Even schrikken toch voor de mevrouw
die “If I was a man in all but my body -
Oh would I now understand you completely“ moest aanhoren terwijl Calvi haar
recht in de ogen keek tijdens een sterk “As a man”. Ook het als een mantra
meezingbaar “Indies or paradise” (“I want us in the air in Paradise”) tilde het
concert mee naar dat hogere niveau dat we, onze vierde afspraak al, inmiddels
van Calvi gewoon zijn. In “Don’t beat the boy out of the girl” ging ze plat op
de rug terwijl ze – goed voorzien van wat effect maar toch – ons vocaal alle
hoeken van de zaal liet zien. We keken al uit naar een minstens even
begeesterende uitvoering van “Chain”, naar onze bescheiden mening hét
hoogtepunt van “Hunter”, maar hierin kwam Calvi ons niet tegemoet. Toegegeven,
moeilijker ware het voor haar geweest om een boog te maken rond het tweetal
“Suzanne and I” en “Desire” dat ten tijde van haar veelgeprezen debuut in 2011 nog
geregeld de radio haalde en in Antwerpen nog eens in de verf zette waarom dat
vandaag ook nog het geval zou mogen zijn.
Vreemd genoeg liet Calvi het werk van haar tweede plaat “One
breath” een concert lang links liggen. In plaats daarvan diepte ze, als
afsluiter dan nog wel, een haast vergeten cult classic “Ghost rider” uit 1977 op
(van het Amerikaanse Suicide). Het nummer, en Calvi’s concert, eindigde in een
brij van percussie en distortion,
toch ook een beetje in de geest wellicht van het opruiende duo dat voor het
origineel zorgde en er, in volle punkperiode, ooit het publiek van de AB flink mee
tegen de haren instreek. Calvi verging het na dit wel érg intense slot met een
tevreden applaudisserend publiek beduidend beter.
Er mocht wat ons betreft, met nog maar 75 minuten op de klok
en een groot deel van haar oeuvre over het hoofd gezien, zeker nog wat aan toegevoegd
worden maar de Londense kwam niet meer op haar stappen terug. In het geval van
Anna Calvi en de intensiteit die ze ook in Antwerpen weer aan de dag legde kunnen we daar
mee leven.
No comments:
Post a Comment