Er zijn zo van die concerten die een indruk voor het leven
nalaten, Nick Cave op Rock Werchter 2013 was er zo één. Met z’n Bad Seeds
speelde de Australiër toen net voor het intreden van de vooravond op het
hoofdpodium een concert waarbij niet één spot oplichtte maar de muziek en
performance wel maximale impact hadden op ons. We waren toen niet aan ons eerste
Cave concert toe maar die vierde keer was veruit de meest beklijvende van
allemaal. Inmiddels is Cave een album opgeschoven en hoeven we diens privé
context niet nog eens op te dissen die van “Skeleton tree” de plaat heeft
gemaakt die ze geworden is. Een album overigens dat zich (nog) een pak
moeilijker laat kennen dan zijn voorganger maar desondanks toch moeiteloos een
weg gevonden heeft naar een nog groter publiek. Met moeilijke platen een groter
publiek bereiken, een trend die we zouden willen aanmoedigen voor de komende
jaren. Bijgevolg lag ook de weg open naar nog grotere concertzalen. Misschien
was onze vrees ongegrond maar om qua intimiteit toch wat méér garantie in te
bouwen verkozen we toch de minstens 3 maal kleinere Mitsubishi Halle in
Düsseldorf boven het Antwerpse Sportpaleis. Er over zagen gaan we niet doen, de
verplaatsing namen we er voor lief bij.
Een voorprogramma was niet in de prijs inbegrepen en dat was
maar goed ook. Deze Nick Cave en band is immers een copieus hoofdgerecht dat
eigenlijk geen startertje behoeft, evenmin een dessertbuffet eigenlijk. Met een
méér dan verzadigd gevoel stapten we donderdagnacht dan ook de Mitsubishi Halle buiten. 150 minuten ervoor,
tussen subtiele pianotoetsen, had Cave reeds in opener “Anthrocene” de toon van
de avond gezet (“All the things we love, we love, we love, we lose”) en onze
adem stokte al een eerste keer. Ook “Jesus alone” – alweer geen lied om een
rondedans op te organiseren – ging bezwerend door de hal. Rondom ons werd er op
de tribune nog amper bewogen. In “Magneto” gingen onze lippen voorzichtig mee
op de regel “One more time with feeling”, de titel van de film overigens over
het intrigerende opnameproces van de plaat. “Higgs Boson blues” met die diepe
bas van Bad Seed Martyn P. Casey fungeerde na het openingstrio uit “Skeleton
Tree” als wissel om ander hoeken van Cave’s werk op te zoeken. Met de vraag “Can you
feel my heartbeat?” betrok Cave knap de ganse zaal in het nummer. Even
schrikken toch was het wanneer 6000 Duitsers “Boom boom boom!”, weliswaar
zachtjes, terug scandeerden. Het leek wel het sein voor Cave om wat duivels te
ontbinden: “Tupelo” en “From her to eternity” leken onweersgewijs het concert voor
het eerst te doen exploderen terwijl Cave alsmaar gejaagder de rand van het
podium over de ganse lengte afliep. Songs die jarenlang aan het einde zaten van
zijn concerten dropt hij nu een pak vroeger; het zegt veel over de hoeveelheid
hoogtepunten die er bij de Australiër anno 2017 in één concert te krijgen zijn. Met sober
licht dat ook in het midden van de zaal opgehangen was keerde de intimiteit
voor “The Ship Song”, “Into my arms” en een fantastisch “Jubilee street” daarna
meteen terug. Spaarzame beelden (strand en pier van Brighton) en close-ups van
Cave wisselden elkaar af op het podiumbrede doek achteraan het podium. Qua podium
set-up was de ganse breedte van de zaal ingenomen. Een detail zo lijkt het wel
maar met maximaal effect naar het “kleiner” maken van dit soort arena’s. “Nothing
really matters when the one you love is gone” zong Cave in “I need you” dat net
als titelsong “Skeleton Tree” zo hartverscheurend rouwig klonk (“And I called
out, I called out Right across the sea But the echo comes back empty”) dat het
troostend werd. Met “The Mersey seat” diende Cave dan - het nummer gaat over de electrische stoel - weer een hevige
stroomstoot toe aan de zaal en ook in een weergaloos “Red right hand” hing de
Mitsubishi Halle collectief aan zijn lippen; Cave overigens helemaal mee met de
tijdsgeest: “You'll see him on your Instagram, You'll read him in tweets.”. Bijna
helemaal dooreen geschud en qua emoties reeds naar alle uithoeken van onze ziel
gestuurd kwamen daar ook nog eens bissen achteraan. Met “The Wheeping song” (Cave tussen het publiek in
de zaal), “Stagger Lee” (10 tallen toeschouwers die mee het podium werden
opgetrokken) en een tot tranens toe mooi “Push the sky away” eindigde het ruim
twee uur durende concert en werden wij compleet uit de hengsels gelicht
huiswaarts gestuurd.
Niets vat het beter samen dan die ene tekstregel uit “Push
the sky away” (her en der ook al veelvuldig rondgetweet): “And some people say
that it is just rock’n’roll. Oh but it gets right down to your soul.” Nick Cave
& The Bad Seeds behoren ongetwijfeld tot het strafste dat we live bij leven
ooit zullen hebben gezien. Amen.
2 comments:
Mooie review van dit sensationele concert!
Mooi geschreven Wouter!! Topconcert.
Post a Comment