Mee opgeklommen met New
Romantic soortgenoten Duran Duran en Spandau Ballet hadden wij in de eighties een tikkeltje méér sympathie
voor Tears For Fears. Hun ingenieuze popsongs overstegen ruimschoots het
plastic imago dat het genre met zich meesleurde en met “The Seeds Of Love”
maakten ze in 1989 ook albumgewijs een klassieker die vandaag nog helemaal
overeind blijft. Wie het duo louter op basis van hits bestaansrecht toekende was
er met dat productioneel hoogstandje aan voor de moeite. Hoe hard we de groep ook
live hadden willen zien (Vorst, lente 1990), enkele ziektedagen beslisten er toen
anders over. Dat Roland Orzabal en Curt Smith een ondeelbaar element zijn in
het succes van de groep bewezen nog 2 minder succesvolle platen nadat begin
jaren 90 Smith zijn jeugdvriend Orzabal de rug had toegekeerd. De obligate reünie
kwam er in 2004 met het niet onaardige maar geheel op de nostalgisch formule
geënte “Everybody wants a happy ending”. Eén jaargang Night Of The Proms buiten
beschouwing gelaten was het echter wachten tot vorig jaar toen de groep met een
nieuwe compilatie eindelijk nog eens ons land ging aandoen. Niet nader
gespecifieerde gezondheidsproblemen binnen de band deden het concert echter 10
maanden opschorten. Even vreesden we dat het er nooit meer zou van komen maar vorige
woensdag konden we omstreeks half elf Tears For Fears dan toch eindelijk van
onze concert-bucketlist schrappen.
Het stond in de sterren geschreven dat we een vlekkeloze
avond gingen voorgeschoteld krijgen, alleen moest daar geen nieuwbakken would-be popfenomeen aan toegevoegd
worden dat zich met bombastische backing tracks – zonder muzikanten dus - op
zelfvoldane wijze zou presenteren in een nagenoeg volgelopen Lotto Arena.
Justin Jesso was voor ons daarmee vooral een Justin “Fiasco”. Jammer dat TFF zich ook
voor het Europese deel van deze toer niet liet vergezellen door Alison Moyet
zoals dat in Engeland wél het geval was.
De Grote Prijs ‘Beste geluid In Een Zaal Waar Dat Doorgaans Onbegonnen
Werk Is’ gaat dit jaar ontegensprekelijk naar Tears for Fears. Wat ze van noot
1 in de Lotto Arena voor elkaar kregen wekte verbazing. Zo geschiedde dus dat
na Lorde’s weinig geslaagde bewerking (als intro) van “Everybody wants to rule
the world” de iconische eighties hit de
zaal perfect vulde. Het met stoeltjes volgepakte middenplein – kinderen van de
jaren 80 worden sinds woensdag officieel als oud beschouwd - veerde meteen
recht. En zo ging het een concert lang, bij elke grote hit, op én, bij minder
bekend werk, wéér neer. Met een nieuwe compilatie in de hand waren de hits voor
deze avond vooraf verzekerd al betekende dat niet dat er geen uithoeken van hun
songcatalogus zouden worden opgezocht. Gedurfd was dan ook de keuze voor “Memories
fade” en “Suffer the children”, allebei uit hun debuut “The Hurting”, die zeker
niet tot ons collectief jaren tachtig geheugen zijn gaan behoren. Voor het
merendeel van de aanwezigen waren het wellicht welkome adempauzes tussen songs
die hun geliefde decennium muzikaal mee hebben ingekleurd. Zo ging het van een
ronduit fantastisch “Sowing the seeds of love” (vergezeld van de knappe beelden
uit de clip) over een erg gesmaakt “Change” uit 1983 en (set-afsluiter) “Head
over heels” naar “Woman in chains” waarin Smith en Orzabal Carina Round als
perfecte stand in voor Oleta Adams de
spotlights gunden. Diezelfde Round schitterde ervoor ook in dat minder voor de
hand liggende “Suffer the children”, een nummer waar destijds de inmiddels
overleden echtgenote van Orzabal ook vocalen voor voorzag. Het triootje met
Round – zeker eens Googelen die madam, ze heeft al een behoorlijke staat van
dienst - werd besloten in een net als op de plaat lang uitgesponnen “Badman’s
song” waarin ook de overige muzikanten die tegenwoordig de dienst mogen
uitmaken bij Tears For Fears hun kunnen konden etaleren. Misschien wel het
vreemdste moment van de avond was toen de groep “Creep” van Radiohead aansneed.
Niet dat de versie schabouwelijk te noemen was maar het nummer had wat ons
betreft in een avond TFF geen enkele relevantie, zeker niet als het hele
concert na enige bis “Shout” al afklopte op anderhalf uur en er toch nog genoeg
ander eigen werk voor handen bleef.
Voor een concert waar we welgeteld 29 jaar hebben op gewacht
liet de kwantiteit, gelukkig niet de kwaliteit, het daarmee toch wat afweten. Zelfs voor een obligate groet
aan het publiek, met Smith die luttele seconden na het slotakkoord van “Shout” al
direct de coulissen in dook, was blijkbaar geen tijd meer. Misschien hadden we de aanmoedigingen om te protesteren die vervat zaten in dat nummer maar beter ter
harte moeten nemen.
No comments:
Post a Comment