Wednesday, July 28, 2021

Onderweg van A naar Z (L): alfabetisch door onze collectie en concerten (1981-2020) deel 11

In afwachting dat het live gebeuren zich herneemt zoals vroeger gaan we terug in de tijd. We zijn graag onderweg - in het algemeen, en in het bijzonder naar concerten - en daarbij is muziek onze trouwste metgezel. We pikken alfabetisch platen uit onze collectie en mijmeren achter het stuur over concerten die we van de gekozen bands of artiesten al of niet hebben bijgewoond. Vervolgens belandt dat in een stukje hier en op Spotify levert dat een afspeellijst op. Vandaag de ‘L’, we zien wel hoe ver we geraken. Als de zalen weer open gaan is het hier gedaan en krijgt u weer de vertrouwde verslagen. Als het aan ons ligt “the sooner, the better”. Tussen haakjes vermelden we de jaartallen wanneer we de groep of artiest in kwestie live hebben gezien.

Ray Lamontagne (-) zit bij ons in de categorie ‘Onmiddellijk een kaart kopen van bij de concertaankondiging’. De Amerikaan brengt immers al jaren de ene boeiende plaat achter de andere uit maar vertikt het al een tijdje om de oversteek tot hier te maken. Misschien moeten we de man hier eerst maar eens weer wat meer airplay geven dan enkel zijn ene hitje ‘You’re the best thing’. Als u goed luistert hoort u ons tot bij u in de huiskamer tandenknarsen om het gemis van dat laatste concert in ons land, nu al tien jaar terug. Onze reputatie (als concertganger) is hier duidelijk in vrije val nu we ook moeten bekennen – de letter ‘L’ is duidelijk geen succesnummer – nog nooit Daniel Lanois (-) te hebben gezien. De gerenommeerde producer, bekend voor zijn werk met U2, Bob Dylan en Peter Gabriel, mag dan al met enkele van zijn eigen platen tussen onze collectie staan, we rateerden de Canadees keer op keer toen hij bij ons concerteerde. Verdedigbaarder is dan weer dat we Led Zeppelin (-) nooit live hebben zien maar wel Robert Plant (’95, ’06, ’16) op ons palmares hebben staan. Zelden zijn we zo trots geweest om een levende legende voor het eerst te kunnen aanschouwen als bij Plant, op die avond medio jaren 90 in het Brusselse Luna Theater. Overrompelend concert ook, net als die laatste keer op Werchter toen zelfs favoriet ‘Baby I’m gonna leave you’ de setlist haalde. Zanger en bassist Mark King van het Britse Level 42 (’09) liet zijn duim voor miljoenen verzekeren. De man is dan ook niet voor niets dé referentie als het gaat om de slap-techniek die hij nagenoeg in ieder nummer van zijn band uitgebreid etaleert. Dat bewonderden we ooit eens van op de eerste rij tijdens het “Knocky-festival” zoals King het zelf noemde. Het betrof Kneistival (in Knokke-Heist), zonder twijfel één van de beste (gratis) zomerfestivals. Met de bevallige Lissie (’11) liepen we van bij het eerste gehoor een ferme crush op tijdens haar tot dusver enige passage in ons land, intussen ook al 10 jaar geleden. Het was die heerlijke “Fleetwood Mac meets Melissa Etheridge”- feel die ons toen over de streep trok en tot op vandaag nog steeds nieuwsgierig maakt als ze nieuw werk uitbrengt. Grote publieke bijval daarvoor bleef tot nog toe beperkt maar dat maken haar albums vol goed in het gehoor liggende pop-rock songs daarom niet minder interessant. Nederland heeft haar, in tegenstelling tot ons, wél steevast te gast als ze Europa aandoet, dus dat wordt ooit nog eens een (altijd vermakelijke…) tweedaagse in Amsterdam. Ook voor Los Lobos (’88, ’13) willen we nog wel eens een inspanning leveren. De groep die meer, véél meer, is dan dat eclatante ‘La Bamba’ succes heeft immers een live-reputatie die nog standvastiger is dan nietszeggende Rik Torfs tweets. We vullen alvast onze levensdoelen aan met minstens nog één maal, voor we (of hij) ooit het tijdelijke voor het eeuwige zouden inruilen, die fantastische stem van voorman David Hidalgo live kunnen aanhoren. En makkelijk als we zijn, liefst in ‘Will the wolf survive?’. Schoolvoorbeeld van ‘een uit duizenden herkenbare stem hebben’ is LP (-), oftewel Laura Pergolizzi. Aanvankelijk was haar naam vooral verbonden aan hits van anderen maar enkele jaren geleden was het ook helemaal voor eigen rekening raak met ‘Lost on you’. Amper 5 jaar geleden stond ze nog in de Gentse Charlatan, nu wil ieder zichzelf respecterend festival graag per kerende dat handgetekende contract van haar. De naam Steve Lukather (’94) doet wellicht bij velen een Toto-belletje rinkelen. De hoog aangeschreven sessiemuzikant hield er tussendoor ook een solocarrière op na die, wellicht alleen voor muzieknerds als ons, best interessant was door de jaren heen, niet in het minst door de samenwerkingen die Lukather er op aanging met tal van beroemde “vrienden”. Zijn tweede ‘Candyman’ is naar ons gevoel zijn beste. Alleen jammer dat die wellicht om auteursrechtelijke redenen van die beroemde “vrienden” maar moeilijk de weg vind naar streamingplatforms. Op de live uitvoering ervan werd in het Luna Theater destijds niet gekeken op een (niet altijd even boeiende) lange jam meer of minder. De betreurde Philip Lynott (-) heeft op zijn eentje nooit een Belgisch podium gehaald, laat staan dat wij er zouden bij geweest zijn. Wel is “zijn” Thin Lizzy terug te vinden in de annalen van het legendarische Jazz Bilzen festival. De groep die na zijn dood in verschillende bezettingen maar wel onder dezelfde naam nog zalen vulde kan, met alle respect, slechts bestempeld worden als “een covergroep deluxe”. Weliswaar één die we ons, notoire Lizzy-fans zijnde, tot tweemaal toe (’99, ’12) graag hebben laten welgevallen.



No comments: