Wednesday, September 07, 2022

Crammerock/Stekene 3/09/22

Er kan er maar één de laatste zijn en voor ons is dat Crammerock. Ons festivalseizoen eindigde dit jaar dus wederom in Stekene. Alvast onze welgemeende excuses aan Frietrock en Leffingeleuren die ook volgend weekend nog doorgaan met evengoed mooie affiches (dus daar heeft het niet aan gelegen). De troeven van die andere festivalparel uit het Waasland – het moet immers in deze context niet altijd gaan over de Lokerse Feesten - hebben immers een magnetische aantrekkingskracht op ons, als daar zijn: steevast minstens 1 buitenlandse topper en, maar dan wel allemaal samen op één affiche, alle inlandse smaakmakers van de voorbije festivals. Hoe ze het daar ieder jaar klaarspelen is ons een raadsel maar voor de zoveelste keer op rij leverde dat opnieuw een al weken uitverkochte editie op.
We kregen ons niet tijdig gedropt in Stekene wat ons, op een stevig gebetonneerd slotsalvo na, de openers (Rhea) op zaterdag deed missen. Het wil maar niet lukken om de Gentenaars te strikken want ook in Werchter en op Boomtown geraakten we niet op het juiste moment op de juiste plek. Of het is dat de muziekgoden ons willen behoeden voor iets. Kan ook. Voor Filip Kowlier (❸) kwamen we achter onze schrijftafel op de term “onderhoudend” uit. De inspiratie is ook bij ons al eens zoek. In voortreffelijk Izegems freewheelde Kowlier op Crammerock langs meer stijlen dan Evenepoel bochten kan nemen in een Spaanse afdaling. De Bart Peeters val ging halfweg even wagenwijd open maar Kowlier wist ook die gelukkig Evenepoel-gewijs net te ontwijken. Met een 10 op de schaal van voorspelbaarheid stonden “Min moaten” aan de finish. Maar was het plezant? “Joat!”. High Hi (❷ ½)  bleef in tegenstelling tot op Werchter dit keer gespaard van technische problemen. De eighties invloeden vlogen ons weer een uur lang als flippo’s om de oren maar de verwachte klik met het enthousiaste trio bleef uit, een erg aanmanende en enthousiaste Anne-Sophie Ooghe ten spijt. Misschien een volgende keer. Hoe goed we de mans plaatwerk ook vinden, we zijn al enkele keren van voor een podium verjaagd als Admiral Freebee (❸ ½) er op stond; drammerigheid durft het immers al eens overnemen van Tom Van Laere. Dit keer bleef de Antwerpenaar echter strak in de teugels zitten wat, geruggesteund door een sobere maar efficiënte begeleidingsband, hoogtepunt na hoogtepunt opleverde (‘Let it shine’, ‘Nothing else to do’, ‘Rags ‘n’ run’). Met de toevoeging van Eefje De Visser (❸) aan hun affiche mocht Crammerock best trots zijn. De hype die rond de Nederlandse (woonachtig in Gent trouwens) in de vakpers sinds de release van haar laatste plaat ‘Bitterzoet’ werd gecreëerd had ook bij ons de verwachtingen ferm de hoogte ingeduwd. In Stekene  zagen en hoorden we een minutieus in elkaar gezette performance waar we, ondanks het zinnenprikkelende aura ervan, toch met enige moeite in ondergedompeld raakten. Maar met een verleidelijk turende Eefje ging onze aangeboren afkeer voor gekunsteld spektakel toch voor de bijl bij ‘Bitterzoet’, ‘De Parade’ en ‘Lange Vinnen’. We drijven wat weg van Intergalactic Lovers (❷ ½) nadat ze ons na Brugge ook in Stekene niet genoeg wisten te boeien. Lara Chedraoui had het ook nu weer af en toe moeilijk om vocaal de bovenhand te krijgen op haar band en de songs missen alsmaar meer het soort weerhaakjes die hun oudere nummers (‘Delay’, ‘Shewolf’) zo onweerstaanbaar maakten. Dat kan niet gezegd worden van Novastar (❹) die steevast minstens één onuitwisbare singel per plaat aflevert en dat nu al 2 decennia lang. Het nieuwe ‘Velvet Blue Sky’ paste dan ook perfect in een alweer erg beklijvend concert waarin al vroeg (‘Closer to you’) onze eindscore werd vastgelegd. Joost Zwegers en (nieuwe) groep waren deze zomer – we zagen ze 2 maal en het was 2 maal raak – outstanding en verdienden het eigenlijk om op nog grotere festivals te mogen aantreden. Na het Koninklijk Circus (april) en Werchter (juli) hield het Ierse Inhaler (❸) dit jaar een derde maal halt in ons land. In grote getalen was men daar zeker niet voor naar Stekene afgezakt maar het rijtje bekende singels waarop hun nog premature reputatie is gevestigd misvielen ook geenszins op Crammerock. Ook de kortere toegewezen speeltijd maakte de impact van Bono Jr. (Elijah Hewson) en vrienden op Crammerock alleen maar groter. Triggerfinger (❸ ½) beperkten zich deze zomer tot 3 festivals want eigenlijk draait het dit jaar vooral om Ruben Block solo. Dat laatste uit de schaduw van de groep krijgen wordt echter met concerten als deze een zware opgave want strakker dan in Stekene hadden we Triggerfinger nog niet veel uit de hoek zien komen (of het moet op die geweldige try-out geweest zijn in Eeklo, juni ll.) al was de afwezigheid van Monsieur Paul (omwille van “minor medical issues”, dixit Block) zeker voelbaar. Geoffrey Burton, al enige tijd live het vierde groepslid, sprong in voor de onfortuinlijke Lange Polle maar wist voor ons in zijn taak jammer genoeg niet te overtuigen.
Met Elbow (❸ ½) had Crammerock een vette vis gevangen en kon de organisatie met een gerust gemoed toeleven naar het einde van deze editie want de Britten stellen immers nooit teleur ook al hadden ze het zich in de aanloop naar een finale met ‘Grounds for divorce’, ‘Lippy kids’ en ‘One day like this’ in Stekene iets makkelijker kunnen maken met wat méér publieksfavorieten. U hoort ons echter niet klagen want ‘Mirrorball’ en ‘Station approach’ kwamen voorbij; de eerste uit succesplaat ‘The seldom seen kid’ en de tweede uit het veel te weinig geciteerde én fantastische ‘Leaders of the free world’ waarmee we de groep in 2005 hebben leren kennen. We waren het misschien wat vergeten maar op Crammerock wreven Guy Garvey en de zijnen het er nog eens goed in wat voor een geweldige groep ze eigenlijk zijn. Ook: niemand liever dan Garvey waarmee we na afloop graag de dichtstbijzijnde biertent hadden gesloten maar het werden een alweer leuke groep vrienden die ook deze festivalzomer voor ons mede een stukje onvergetelijk hebben gemaakt. Bij deze: ook hulde aan hen!

No comments: